[:nl]- UN-SEEN – Wat eraan vooraf ging [:en]- UN-SEEN – How it all began [:]

Published on

Author

[:nl]Kennismaking met Cambodja

Het land heeft me in het hart geraakt. Als mens, moeder, socioloog, coach en fotograaf.

[:nl]Mijn kennismaking met het land ligt aan het einde van onze grote Z.O. Azië reis  2011-2012.

Reizend door Laos, Noord en Zuid Vietnam, ontkomen we niet aan de Vietnamoorlog, binnen Vietnam de Amerikaanse oorlog genoemd, van 1950 tot 1975. Laos is verbijsterend armoedig met nog steeds kapotte infrastructuur. Het is het land dat per hoofd van de bevolking het zwaarst gebombardeerde land ter wereld is. In Vietnam heeft men er de schouders ondergezet. Nog steeds veel herinneringen aan die verwoestende oorlog. Het herstel van het land is nog in volle gang.

We varen over de Mekong van Vietnam naar Cambodja. De recente geschiedenis is hartverscheurend. Wij herinneren ons vooral de Rode Khmer die met bruut geweld het land tot agrarische staat in het jaar Nul wilden transformeren. De Killing Fields staan ons bij.

De unieke tempels van Angkor Wat tonen nog steeds hoe groots dit land meer dan 1000 jaar geleden was. En nu? Eén van de armste landen ter wereld met een snel groeiende bevolking. Nu zo’n 16 miljoen van wie 50%  jonger is dan 21 jaar is. De Franse koloniale geschiedenis is nog zichtbaar in de stad Phnom Penh en aan de kust. Het is grotendeels een agrarisch gebied.

In Phnom Penh de confrontatie met het genocide museum en de Killing Fields maar ook het paleis en het nationale museum. De tegenstelling kan niet groter zijn.

Wikipedia biedt een goede eerste kennismaking met Cambodja:

https://nl.wikipedia.org/wiki/Cambodja

Kennismaking met Vann

Het begint allemaal bij mijn eerste ontmoeting met Vann in januari 2012 .Hij is onze tuk tuk driver in Phnom Penh. Hij spreekt goed Engels. Hij stelt een stadstour voor. Het is heet en vochtig en ik laat me graag rondrijden. Na afloop van de toer nodigen we hem uit voor een biertje.

Een indrukwekkend bezoek aan Tuol Sleng Genocide Museum, de voormalige school waar 2.000 mensen zijn gemarteld om aansluitend te worden vermoord op de Killing Fields. Het gaat hier over de gruwelijkheden van de Rode Khmer. Ik weet er wel iets van, maar de confrontatie ermee is nog heftiger dan verwacht.

Dan weer samen een biertje drinken.

En dan vertelt Vann van het bombardement op zijn familie in het dorp. Ik kijk op, een bombardement, wanneer?

Het is januari 1970 als hij nog maar net op de wereld is, 10 dagen oud. Een bommenwerper van de Amerikaanse luchtmacht werpt napalm bommen af op zijn huis en hierbij komen vijf broers en zussen om het leven. Ze verbranden voor ze de schuilkelder hebben bereikt. Huis en have zijn verwoest.

Hij was al een jaar of acht toen hij voor het eerst hoorde dat hij nog vijf broers en zussen had gehad. Hij vertelt ook dat hij het nooit gesnapt heeft. Waarom? Hij heeft zelfs een brief aan de Amerikaanse ambassade geschreven. Hij wacht nog steeds op antwoord.

We vliegen naar huis. Vann’s verhaal laat me niet los. Voordat we echter samen dit verhaal in beeld gaan brengen, duurt het nog zeven jaar.

We houden contact en in 2012 gaan we samen het avontuur van Cambodia Personal Assistant aan, een netwerk van tourleaders en tuk tuk drivers.

Cambodia Personal Assistant

Vann heeft tijdens die eerste ontmoeting ook verteld over zijn leven in Phnom Penh. Hoe hij sappelt om zijn drie kinderen naar school te kunnen laten gaan.

Ik ben onder de indruk van zijn kennis van de stad en het land, de mate waarin hij ons als gasten er kennis mee laat maken en ons achter de schermen laat kijken. Attent en hulpvaardig.

In mijn dagelijkse bestaan ben ik in de eerste plaats socioloog en als zodanig executive en business coach. Zou ik hem en zijn collega’s misschien kunnen helpen om zijn tuk tuk business op een hoger niveau te tillen? Minder afhankelijk te maken van partijen die voor elke klant een aandeel willen vangen? Zelf de toegang tot de westerse markt organiseren? Ik doe wat onderzoek naar de mogelijkheden in Cambodja, mail Vann en doe hem een voorstel.

In mei vlieg ik opnieuw naar Phnom Penh. Er volgen drie weken van praten, puzzelen, een logo kiezen, tuk tuks laten maken, laptops uitzoeken, contracten maken en leningen verstrekken. Vann en ik huren een auto en trekken langs veel mooie plekken.

Met Vann en Da  richten we samen Cambodia Personal Assistant op. Vann en Da zijn medeoprichters. Zij hebben een netwerk van collega’s met wie ze samenwerken in het hele land. Ik maak kennis met de meeste. Er ligt een mooi concept en we gaan ermee aan de slag.

Onze verwachtingen lopen sterk uiteen. Zij: waar blijven onze klanten, wij zijn er klaar voor! En ik: mannen ga eens wat doen!

We bereiken elkaar niet.

Kennismaking met Bosthlan Village

In mei 2012 rijden Vann, zijn gezin en ik vanuit Siem Reap terug naar Phnom Penh. Een rit van zes uur over slechte wegen, afstand 300 kilometer.

Vann wil me graag zijn dorp laten zien dat halverwege ligt. Hij hoopt dat zijn moeder thuis is. Vanaf de hoofdweg nummer 1, slaan we af en rijden over een onverharde weg naar Bosthlan Village. Hij heeft zijn zus gebeld, en nee ze zijn helaas niet thuis. Toch rijden we er naartoe.

We komen aan bij een mooi huis, groot ommuurd erf met flink wat grond, het hek dat open staat. Vann neemt me al snel mee het erf op.

Er bromt een generator, want er is geen elektriciteit op dit dorp. Er is een waterput, want ook geen waterleiding. Door een hek komen we achter het huis.

Vann loopt voorop en wijst me aan waar de bommen gevallen zijn, waar nog steeds bomkraters zichtbaar aanwezig zijn. De kraters zijn zeker nog twee meter diep, begroeid met bananenbomen, gras en struiken. Bizar!

Het erf is leeg met een aantal plekken waarop afval of zo is verbrand. Vann gaat zitten op een boomstronk: Kijk hier was ongeveer de ingang naar de schuilkelder.

De familie plukt wat trossen bananen, mango’s en stinky fruit Durian. Opvallend is dat de familie wel de familie in de buurt groet, maar niet nadert. Vann wijst op zijn zwager en vertelt van het transportbedrijf en lijkt verbaasd dat er nu al twee vrachtwagens staan. Hij wijst naar huizen van meer familieleden en ook daar klopt hij niet aan.

We vervolgen de lange rit neer Phnom Penh waar we ’s avonds laat aankomen.

Kennismaking met Vann’s moeder, Khun Ann

Met ons hele gezin toeren we in Cambodja in de kerstvakantie 2012. Onder leiding van Vann brengen we een bezoek aan Bosthlan Village.  Vanuit Phnom Penh rijden we naar het dorp. Onderweg stoppen we een paar keren. We bezoeken Oudong, de oude hoofdstad van Cambodja vlakbij Phnom Penh. We bezoeken de markt van Skuon waar ze wolfspinnen en andere insecten bakken om te eten. We griezelen ervan.

Moe en hongerig komen we aan in Bosthlan Village. We worden hartelijk ontvangen door Vann’s zus Oun en haar dochter. Ze hebben uitgebreid voor ons gekookt. Gerechten die we deels wel maar deels ook niet kennen.

Onder leiding van Vann maken we een toer over het erf. Daar zijn ze, de bomkraters, kijk eens hoe diep ze zijn! De fruitbomen, de rijpe bananen en het erf is leeg met verbrande plekken her en der. We worden voorgesteld aan zijn zus Ry en haar man, ze maken grapjes met elkaar en met ons.

Terug bij het huis van Oun en daar komt ook Khun Ann, een oude fragiele dame van in de tachtig. Ze nadert ons en we worden voorgesteld. Op z’n Cambodjaans maken we een buiging naar haar. Ze gaat bij ons zitten, enigszins ongemakkelijk en schuift met eten dat nog op tafel staat.

We laten haar de foto’s van haar familie in Ratanakiri op de iPad zien. Haar familie op het erf sluit aan. Vann vertelt enthousiast over de toer naar Ratanakiri en de cashewnoten plantage van de neven en nichten.

We maken foto’s van haar en onze families.

[:en]First impressions of Cambodia

This country has touched me at my very core. As a human being, mother, sociologist, coach, and photographer.

My first experience of Cambodia takes place in 2011-2012, at the end of our grand tour of Southeast Asia.

As we travel through Laos and the north and south of Vietnam, there is no escaping the Vietnam War – known over there as the American War – which took place between 1965 and 1975. Laos is dreadfully poor, having been left with a broken infrastructure to this day. Per capita, it is the most heavily bombed country in the world. In Vietnam, a lot of hard work has been put in. Still, plenty of reminders of that devastating war remain. The country’s recovery is still ongoing.

We sail across the Mekong, from Vietnam over into Cambodia. The country’s recent history is heart-wrenching. We mainly recall the Khmer Rouge, who used brute force in their attempt to set Cambodia back to Year Zero by transforming it into an Agrarian state. The Killing Fields are etched in our memory.

Thanks to Angkor Wat’s unique temples, it is still clearly visible just how grand this country was, more than a thousand years ago. And today? Today it is one of the poorest countries in the world, with a fast-growing population. It currently stands at around 16 million, 50% of whom are under the age of 21. Evidence of the country’s French colonial history can be seen in the city of Phnom Penh and on the coast. Cambodia is largely dominated by agriculture.

In Phnom Penh we are confronted with the genocide museum and the Killing Fields, along with the palace and the national museum. The contrast couldn’t be greater.

Wikipedia offers a good introduction to Cambodia:
https://en.wikipedia.org/wiki/Cambodia

Meeting Vann

It all starts when I first encounter Vann, in January 2012. He is our tuk-tuk driver in Phnom Penh. He speaks good English, and offers to give us a tour of the city. It is hot and humid, and I am more than happy to be chauffeured around. After the tour, we invite him to join us for a beer.

This is followed by a visit to the impressive Tuol Sleng Genocide Museum, the former school where 2,000 people were tortured before subsequently being murdered in the Killing Fields. These atrocities were committed by the Khmer Rouge. I am somewhat aware of what took place, but the confrontation is more intense than I had expected.

Another beer is shared.

That’s when Vann tells us about the bombing raid that struck his family and their village. I look up – a bombing raid? When?

It is January 1970 and, at ten days old, Vann has only just entered the world. A US bomber drops napalm bombs onto his family’s farm, killing five of his brothers and sisters. They burn before managing to reach the shelter. Their home, their belongings – everything is destroyed.

It is only when he is about eight years old that he finds out, for the first time, that he had had five more brothers and sisters. He also speaks of how it is something he has never understood. Why? He even wrote a letter to the American embassy. He is still awaiting their reply.

We fly homewards. Vann’s story continues to haunt me. It would be another seven years before we eventually decide, together, to capture his story in images.

We stay in touch and, in 2012, enter into the shared adventure that is Cambodia Personal Assistant – a network of tour guides and tuk-tuk drivers.

Cambodia Personal Assistant

During that initial encounter, Vann also tells us about his life in Phnom Penh. About how he labors away to put his three children through school.

I’m impressed by his knowledge of the city and the country, and by the extent of the introduction he offers us as guests, a real glimpse behind the scenes. Always attentive and willing to help.

In everyday life I am primarily a sociologist, working as an executive and business coach. Could I perhaps help him and his colleagues to lift their tuk-tuk business to the next level? To make them less reliant on third parties, who claim a percentage of every client’s payment? To myself provide access to the Western market? I do some research into the possibilities in Cambodia, and email Vann with a proposition.

I return to Phnom Penh in May. What follows is three weeks of talking, brainstorming, choosing a logo, having tuk-tuks made, arranging laptops, drawing up contracts, and granting loans. Vann and I rent a car, and pass through one beautiful location after the other.

Together, Vann, Da and I establish Cambodia Personal Assistant. Vann and Da are co-founders. They have built up a network of colleagues, working together throughout the whole country. I meet most of them. What we have is a strong concept, and we are keen to get to work.

Our expectations vary widely. They are left thinking: where are our clients, we’re ready for them! My thoughts, on the other hand: come on, lads, go out and do something!

We fail to settle our differences.

Setting eyes on Bosthlan Village

In May 2012, Vann, his family, and I drive from Siem Reap back to Phnom Penh. A six-hour journey, along 200 miles of rough roads.

Vann is keen to show me his village, which our route will take us past. He hopes that his mother is home. We turn off the only major road in the area, and follow the dirt road that leads to Bosthlan Village. He gives his sister a call and alas, they aren’t at home. We drive on, all the same.

We arrive at a handsome house, with a large, enclosed yard. The gate is open. Before I know it, Vann is giving me a tour of the grounds.

Home of the Nget family

The humming of a generator can be heard, as there is no electricity in the village. There is a well, in the absence of running water. We pass through a gate at the rear of the house.

Vann leads the way, pointing out the spots where the bombs had fallen. The craters are hard to miss. They are at least six feet deep, covered with banana trees, bushes and grass. It’s a bizarre sight.

The yard is empty, apart from a few spots where some sort of waste has been burned. Vann sits down on a tree stump: Look, this is roughly where the entrance to the shelter would have been.

Some of Vann’s relatives are busy picking bunches of bananas, mangos, and the stinky fruit durian. I notice that these family members do greet each other, but without approaching one another. Vann mentions his brother-in-law and tells me about their transport company. He seems surprised at the sight of two parked trucks. He points towards the houses of yet more relatives, still not knocking on any doors.

We resume our long drive to Phnom Penh, arriving there late at night.

Meeting Vann’s mother, Khun Ann

Christmas holidays, 2012. We are traveling around Cambodia again, having brought our family along this time. Under Vann’s guidance, we pay a visit to Bosthlan Village. We drive there from Phnom Penh, making a few stops along the way. We stop over in Oudong, the country’s former capital, not far from Phnom Penh. We wander through the market in Skuon, where wolf spiders and other insects are fried and sold as food. We shudder at the thought.

Tired and hungry, we arrive in Bosthlan Village. We are given a warm welcome by Vann’s sister Oun and her daughter. They have prepared an elaborate meal for us. Some dishes we recognize, others not so much.

Vann takes us on a tour of the yard. There they are, the craters. Just look how deep they are! The fruit trees, the ripe bananas. The yard is still empty, with a burned spot here and there. We are introduced to his sister Ry and her husband. They joke around with each other and with us.

Back at Oun’s house, where Khun Ann now also arrives – an old, fragile lady in her eighties. She approaches us and we are introduced. As is customary in Cambodia, we make a slight bow to her. She sits with us, slightly awkwardly, and begins to rearrange the food that’s still on the table. We get out our iPad and show her the pictures of her family in Ratanakiri. Other relatives come in from the yard to take a look as well. Vann enthusiastically tells them about the trip to Ratanakiri and their cousins’ cashew plantation. We take pictures of both of our families.

[:]

error: Content is protected !!